Skip to main content
HÜWA wenn Leistung zählt

Hüwa-lexicon

Bekisting accessoires en beton Bouwmaterialen


Afstandhouders

Afstandhouders zijn montageonderdelen die de vereiste afstand tussen de buitenste wapeningsstaven en de bekisting garanderen. Afstandhouders kunnen puntvormig, lijnvormig of vlak zijn. De afgelopen jaren werden talrijke vormen en types voor bijna alle toepassingen in de staalbetonbouw op het bouwterrein en in prefabfabrieken ontwikkeld. Als het afgewerkte bouwelement aan bijzondere eisen moet voldoen (bijv. zichtbeton, waterdichtheid, vorst- en dooizoutbestendigheid), bestaan er ook daarvoor geteste bouwafstandhouders. De aangeboden producten onderscheidt men ook grof naargelang het gebruikte materiaal in beton-, kunststof- en staalafstandhouders.

Betondekking

De betondekking is de afstand tussen het oppervlak van het beton en het dichtstbijzijnde wapeningsstaal. De betondekking wordt door het gebruik van kunststofafstandhouders (bijv. kunststofringen) en beton (bijv. betoneieren) gewaarborgd.

Wapening

Beton is niet goed bestand tegen trekkrachten. Daarom wordt staal toegevoegd om de trekkrachten of bijkomende drukkrachten op te nemen. Men spreekt dan van staalbeton. De staven of netten worden wapeningsstaal of betonstaal genoemd. Voor de plaatsing van de wapening wordt een wapeningsplan opgemaakt. Als de wapening mechanisch voorgespannen wordt, spreekt men van spanbeton.

Binddraad of wraps

De wapening wordt met behulp van binddraad vastgezet om te voorkomen dat ze tijdens het betonneren verschuiven.

Driehoeklijsten of hoeklijsten

Worden gebruikt voor het breken van betonplaten. Maken propere afdichtingen mogelijk. Driehoeklijsten worden zowel in prefabfabrieken als op bouwterreinen gebruikt. Naargelang de toepassing worden lijsten uit kunststof of hout gebruikt.

Vezelbetonafstandhouders

Bij de productie van afstandhouders uit vezelbeton worden aan de relatief vaste grondstof vezels toegevoegd en machinaal door vormen geperst. Zo krijgt de afstandhouder de gewenste vorm. Met dit procedé kunnen zowel enkelvoudige afstandhouders (bijv. blokken) als dekkingsafstandhouders (bijv. slang met en zonder noppen) geproduceerd worden.

Gietbetonafstandhouders

Bij de productie van afstandhouders uit gietbeton wordt het beton in kunststofvormen gestort. Na het uitharden worden de afstandhouders ontvormd en verpakt. Naargelang de beschikbare kunststofvormen kunnen met dit procedé enkelvoudige afstandhouders, bijv. HÜWA-Betofix, HÜWA-Rubeton, HÜWA-TFD enz. en dekkingsafstandhouders geproduceerd worden.

HÜWA-Betofix

Afstandhouder uit gietbeton met 4-punt-steunoppervlak. Deze afstandhouder wordt gebruikt in talrijke prefabfabrieken in Duitsland, Oostenrijk en Tsjechië. Betofix was één van de eerste producten van HÜWA.

HÜWA-Bock (zesbenig of vierbenig)

Stalen afstandhouder uit bouwstaal van 6 mm met verschillende voeten, bijv. betonvoet, grote voet of in de standaarduitvoering met bekistingsbescherming (kunststofkap). HÜWA-Bock 500 is volgens het DBV-gegevensblad gecertificeerd (zie testcertificaat). Deze afstandhouders worden in de wapeningstechniek vooral bij de montage van verwarmings- en koelsystemen (thermische activering) gebruikt.

Nettensnijder

De nettensnijder is verwant met de boutensnijder en werd speciaal voor gebruik op bouwterreinen ontworpen. Dankzij deze snijmachine kan de betonwerker stalen netten snel op maat snijden. De lange uitvoering van de gereedschapsarm zorgt voor een grote krachtoverbrenging. De klingen zijn van speciaal gehard staal gemaakt.

Thermische activering – Betonkernactivering

Een oud idee met een moderne toepassing

De Romeinen hadden al verwarmingssystemen en gebruikten vloerverwarming, de zogenaamde hypocaustum, om hun kamers te verwarmen. De warmte werd van de kachel langs kanalen onder de vloer verspreid. Natuurlijk is er sinds de Romeinen veel veranderd. Nu maakt men gebruik van thermische activering van bouwelementen, een systeem waarbij gebouwmassa's aangewend worden voor temperatuurregulatie. Dit systeem wordt voor de afzonderlijke of aanvullende interieurverwarming of ‑koeling gebruikt. Bij de bouw van massieve plafonds of occasioneel van massieve wanden uit beton, worden buisleidingen gelegd waardoor water als verwarmings- of koelmedium stroomt. Het volledige betonnen plafond of de volledige betonnen wand wordt daarbij als overbrengings- en opslagmassa thermisch geactiveerd en creëert een aangenaam interieurklimaat.

Dankzij de plafondkoeling moet er geen airconditioning meer voorzien worden. Voor de systeemopbouw worden speciale afstandhouders, zoals de vierbenige afstandhouder (HÜWA-Bock 300) of zesbenige afstandhouder (HÜWA-Bock 500/400), in combinatie met afstandhouders uit gietbeton of vezelbeton voor de onderste wapening gebruikt.

In het werk gestort beton

Verwijst naar beton dat ter plaatse op het bouwterrein verwerkt wordt en (meestal in een bekisting) uithardt.

Rond 1755 begon de Brit John Smeaton met de ontwikkeling van beton. Hij was op zoek naar waterbestendige mortel en voerde tests uit met gebrande kalk en klei. Daarbij stelde hij vast, dat voor een zelfuithardende (hydraulische) kalk een bepaald aandeel klei nodig is. In 1796 leidde de uitvinding van het romaancement (romaankalk) door de Brit J. Parker en het portlandcement door zijn landgenoot J. Aspdin in 1824 uiteindelijk het begin van de moderne betonbouw in. De uitvinding van het staalbeton door Joseph Monier (patent: 1867) was een andere belangrijke sprong voorwaarts. Nu wordt wapeningsstaal of betonstaal ook nog monierstaal genoemd.

Zichtbeton

Men spreekt van zichtbeton als betondelen niet bepleisterd of bemetseld worden. Het betonoppervlak vervult vaak een esthetische functie. Het oppervlak wordt daarbij vaak van een bepaalde structuur voorzien, wat mogelijk is door het gebruik van speciale bekistingen of inlegwerk. Bij zichtbeton is de keuze van de juiste afstandhouders heel belangrijk. Door het contact met de bekisting tekenen ze zich gemakkelijk af aan het oppervlak. Als dit effect niet gewenst is, kan dit door gebruik van zichtbetonafstandhouders beperkt worden.

Steunen

Inbouwelementen die de bovenste wapening in de juiste positie houden. Ze onderscheiden zich op het vlak van bouwwijze, ondersteuningshoogte en gebruiksdoel. Men onderscheidt lijnvormige steunen (staalmand of U-mand) en puntvormige steunen (afstandsbok, 6-been, 4-been).

Compostbakken

Het materiaal dat op de composthoop hoort, is in de eerste plaats het klassieke afval dat bij werkzaamheden in de sier- en moestuin ontstaat, bijv. gazonmaaisel. Daarnaast kan allerlei huishoud- en keukenafval dat anders op de vuilstortplaats of in de verbrandingsinstallatie zou terechtkomen prachtig gecomposteerd en in vruchtbare, voedselrijke humusaarde omgezet worden.

Verhoogde bedden

Een verhoogd bed is een variant van het klassieke (vlakke) bed of naargelang de vulling bij laagopbouw een variant van het heuvelbed. Verhoogde bedden komen vooral in de natuurlijke tuinbouw vaak voor. Ze hebben de volgende essentiële kenmerken: men hoeft bij het tuinieren niet te bukken omdat de bedden hoog geplaatst zijn; heel weinig onkruid omdat de meeste onkruidzaden zich in de bodem bevinden; geen slakken op voorwaarde dat een slakkentuin aangebracht werd; gebruik van de onderste verrottingswarmte (bij de wortels) door de gelaagde opbouw en daardoor een merkbaar snellere groei. Door een bijkomende afdekking aan te brengen, kan het verhoogde bed ook als broeibed gebruikt worden. De teelt is ook op weinig vruchtbare bodems, rotsachtige ondergronden en zelfs in stenen bakken en op gecontamineerde grond mogelijk.